HomeDashboard

Dashboard

COVA houdt voortdurend zicht op energiezekerheid van olie in Nederland. Met dit dashboard volgt u zelf ook belangrijke indicatoren.

Overzicht

Voorzorg

Voor de levering van olie en olieproducten vertrouwt Nederland op internationale energiemarkten. Deze markten functioneren meestal goed, maar kunnen ook worden verstoord door onvoorziene gebeurtenissen. Dit zijn bijvoorbeeld conflicten, (natuur)rampen, aanslagen en uitvaardiging van handelsbeperkingen.

Om bij zulke gebeurtenissen schade aan de samenleving te voorkomen of beperken, heeft de Nederlandse overheid maatregelen genomen. Eén daarvan is het aanhouden van strategische olievoorraden door COVA. Deze voorraden kan Nederland inzetten bij een verstoring van het normale aanbod. Daarbij analyseert COVA doorlopend de oliesituatie in Nederland, zodat de overheid met die inzichten aanvullende maatregelen kan nemen. Meer informatie over mogelijke maatregelen bij een (naderende) oliecrisis staat in het Landelijk Crisisplan Olie.

Voor iedereen inzichtelijk

De vakken hierboven zijn een overzicht van de indicatoren die dit dashboard bijhoudt. Het overzicht toont dat de voorraad van ruwe olie en olieproducten wordt bepaald door de balans in raffinage, import/export en consumptie. Prijzen kunnen een afspiegeling zijn van (on)balans en sturen de markt. Samen tonen deze indicatoren in welke mate vraag en aanbod van olie en olieproducten met elkaar in balans zijn. Daarmee geven ze een actueel beeld van de oliemarkt, met een focus op energiezekerheid van Nederland en Europa.

Bekijk op apart scherm. Bron: S&P Global Commodity Insights.

Vraag en aanbod van olie worden in balans gebracht op de groothandelsmarkt.

Op deze wereldmarkt komen grote kopers en verkopers van olie een prijs overeen die een afspiegeling vormt van de balans tussen aanbod en vraag naar olie. De prijs van ruwe olie op de groothandelsmarkt is een belangrijke indicator van de mate van stabiliteit in de markt. Bovenstaand figuur toont de prijs van ruwe olie en een selectie van olieproducten.

Bekijk op apart scherm. Bron: CBS Statline.

Nederlandse consumenten kopen hun brandstoffen aan de pomp, niet direct op de groothandelsmarkt.

De prijs aan de pomp, inclusief belastingen, geeft een meer gedetailleerd en direct beeld van de oliemarkt voor consumenten in Nederland. Deze prijs wordt hoofdzakelijk bepaald door belastingen (BTW), accijnzen, voorraadheffing, EUR-USD koersveranderingen en kosten die bedrijven maken voor het raffineren en verkopen van brandstof aan de pomp (transport, opslag, pompbemensing). De prijs aan de pomp is daarom anders dan die op de groothandelsmarkt.

Technische details prijzen

De grafiek ´Olie- en olieproductprijzen op de internationale groothandelsmarkt´ toont de prijsontwikkeling van ruwe aardolie, diesel, benzine en kerosine over de afgelopen periode in Amerikaanse dollar per vat. Op de oliemarkt worden verschillende prijzen gehanteerd voor ruwe aardolie en olieproducten uit verschillende gebieden en van verschillende aanbieders. De prijsontwikkeling van Dated Brent (een mandje van belangrijke ruwe oliesoorten die worden verhandeld rondom de Noordzee) is de internationale benchmark. Voor de prijs van diesel, benzine en kerosine tonen we de relevante Europese benchmark.

De data voor de prijsontwikkeling van ruwe aardolie, diesel, benzine en kerosine (aangeboden in Rotterdam) komen van S&P Global Commodity Insights. Dit is geen openbare informatie. COVA heeft enkel toestemming om de ontwikkelingstrend van de prijzen te tonen met een voortschrijdend 7-daags gemiddelde.

De grafiek ´Brandstofprijzen bij de pomp´ toont de prijsontwikkeling van brandstoffen bij de pomp voor diesel, benzine en LPG in Euro per liter. Het zijn de gewogen gemiddelde dagprijzen zoals gepubliceerd door het CBS. Prijzen worden weergegeven voor benzine Euro95, dieselolie en LPG, inclusief BTW en accijns. Deze dagprijzen worden eens per week gepubliceerd. De geleverde data zijn afkomstig van vrijwel alle tankstations in Nederland (bemand en onbemand, langs de snelweg of lokaal). Het CBS verzamelt deze data op basis van tankpassen die consumenten gebruiken om te tanken. Voor meer informatie of vragen over deze data en/of methode, zie CBS.

Bekijk op apart scherm. Bron: CBS Statline, RVO en COVA.

Ruwe olie en olieproducten worden typisch opgeslagen in grote opslagtanks.

Als wij als land meer consumeren dan er fysiek aangeboden wordt, dalen de aanwezige fysieke voorraden. Ook hogere exporten kunnen leiden tot voorraaddalingen. Veranderingen in fysieke voorraden geven dus een indicatie van de balans tussen vraag en aanbod. Voorraden worden uitgedrukt in Kton (zie grafiek) of in dagen verbruik. Dit aantal dagen geeft een indicatie hoelang het duurt voordat de voorraden volledig op zouden zijn, als er geen enkele productie, import en export meer is. Het volledig stoppen van de olieproductaanvoer is onwaarschijnlijk. Nederland heeft maatregelen achter de hand voor het geval voorraden geheel opgebruikt raken.

We onderscheiden twee typen olieproductvoorraden: commerciële voorraden en strategische voorraden. Commerciële voorraden zijn vrij verhandelbaar op de markt. Strategische voorraden worden aangehouden om te kunnen bijspringen bij een grote verstoring van de aanvoer. Dit gebeurt volgens wettelijke voorschriften.

Bovenstaand figuur toont de vrij beschikbare commerciële voorraad voor diesel en gasolie. De commerciële voorraad voor deze producten is extra belangrijk om in de gaten te houden, omdat Europa zelfstandig niet genoeg diesel produceert om aan de Europese vraag te voldoen. Diesel is van groot belang voor de economie, met intensief gebruik voor logistiek, landbouw, bouw, (binnen)vaart en personentransport. Bovendien heeft de dieselmarkt het meeste effect ondervonden van de sancties die zijn opgelegd na de Russische inval van Oekraïne. Om goed voorbereid te zijn op eventuele marktverstoringen, beschikt de Rijksoverheid over actuele informatie over de commerciële voorraden diesel en gasolie.

Bekijk op apart scherm. Bron: RVO en COVA.

Strategische voorraden zijn bedoeld voor gebruik bij aanbodverstoringen en noodsituaties.

Als er bijvoorbeeld een tekort is aan diesel, dan kan de overheid besluiten om (een deel van) de strategische dieselvoorraad te gebruiken. In Nederland beslist de minister over de inzet van deze strategische voorraden.

Bovenstaande grafiek geeft aan hoeveel strategische voorraad Nederland beschikbaar heeft (in Kton). De voorraden uitgedrukt in dagen verbruik tonen aan hoelang het duurt voordat de voorraden volledig op zouden zijn, als er geen enkele productie, import en export meer is. Naast de Nederlandse strategische voorraad diesel en gasolie, heeft Nederland strategische voorraden voor ruwe aardolie en andere olieproducten zoals benzine en vliegtuigkerosine.

In 2022 heeft de Rijksoverheid besloten de strategische voorraad voor diesel te verhogen. Dit vanwege de onrustige internationale context en de veranderde oliemarkt sinds de sancties op Rusland. Deze stijging is duidelijk zichtbaar in de grafiek.

Bekijk op apart scherm. Bron: Insights Global.

Olieproductvoorraden worden gemakkelijk van land naar land en van werelddeel naar werelddeel verplaatst.

Geografische prijsverschillen zijn hierbij bepalend. De Nederlandse en Belgische havens vormen samen een handelscentrum voor brandstoffen. Internationaal staat dit bekend als het Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen cluster (ARA). Vanuit dit cluster stromen brandstoffen naar het Europese achterland en de rest van de wereld. Omdat Nederland en België zeer nauw verbonden zijn met pijpleidinginfrastructuur en waterwegen, maakt de oliemarkt eigenlijk geen onderscheid tussen voorraden die in grote terminals in Nederland of België liggen. Dit cluster met voorraden wordt gezien als één geheel.

Bovenstaande grafiek toont de voorraad van verschillende producten in onafhankelijke opslagterminals in het ARA-cluster. Onafhankelijk betekent dat opslag op olieraffinaderijen niet meetelt. De indicator wordt wekelijks bijgewerkt en is dé marktstandaard voor het meten van de voorraden in het ARA-cluster. Daarom is deze indicator ook opgenomen in dit dashboard.

Technische details voorraad

De grafiek ´Commerciële diesel- en scheepsvoorraad´ toont de stand van de vrij beschikbare commerciële voorraden diesel en gasolie op Nederlands grondgebied. Olie-infrastructuur in Noordwest-Europa is nauw verbonden. Hierdoor wordt de commerciële voorraad ook sterk beïnvloed door gebeurtenissen in buurlanden. Het CBS verzamelt de stand van de diesel- en gasolievoorraden in Nederland. Gecombineerd met de data van RVO over Nederlandse strategische voorraden, geeft dit inzicht in de resterende commercieel beschikbare voorraden in Nederland.

De grafiek ´Strategische diesel- en scheepsdieselvoorraad´ toont de stand van de Nederlandse strategische voorraden diesel en gasolie op Nederlands grondgebied. De Nederlandse strategische voorraad bestaat uit de voorraad diesel en gasolie aangehouden door COVA en de strategische voorraden bij bedrijven. COVA heeft geen diesel- en gasolievoorraden in het buitenland. Naast de strategische voorraad diesel en gasolie heeft Nederland ook strategische voorraden voor ruwe aardolie en andere olieproducten zoals benzine en vliegtuigkerosine. RVO verzamelt maandelijks de stand van de strategische voorraden en rapporteert deze aan het CBS en aan COVA voor publicatie op dit dashboard.

In Nederland liggen ook diesel- en gasolievoorraden die worden aangehouden voor het buitenland (bijvoorbeeld voor andere Europese opslagagentschappen). Deze voorraden zijn niet vrij beschikbaar voor de Nederlandse markt en worden daarom niet gerapporteerd.De grafiek ´Voorraad onafhankelijke tankopslag ARA´ toont de voorraden in het Amsterdam-Rotterdam-Antwerpen cluster. Deze voorraadstanden zijn afkomstig van Insights Global. Dit market intelligencebureau vraagt wekelijks geautomatiseerd voorraadstanden uit bij tankterminalbedrijven. Het getal betreft zowel commerciële als strategische voorraden in Nederland en België. Op de raffinaderij gelegen ARA-voorraden zijn niet in het getal verwerkt. De ARA voorraadstand is daarom niet compleet, maar geeft wel een goed beeld van de voorraadontwikkeling in het ARA-gebied.

Bekijk op apart scherm. Bron: JODI.

De olieraffinaderij is de plek waar ruwe olie wordt omgezet in olieproducten zoals benzine, diesel en kerosine.

Raffinaderijen kunnen inactief zijn omdat er bijvoorbeeld (on)gepland onderhoud plaatsvindt, er een incident heeft plaatsgevonden of omdat er een staking is.

Bovenstaande grafiek geeft de raffinage-activiteit weer van de vijf Nederlandse raffinaderijen. Er is te zien of de Nederlandse raffinaderijen meer of minder produceren ten opzichte van het gemiddelde over vijf jaar en van een jaar terug. Dit geeft een indicatie van de hoeveelheid olieproducten die vanuit Nederlandse raffinaderijen beschikbaar komen voor de markt.

Productie van olieproducten in een raffinaderij vormt samen met de import de aanbodkant van de olieproducten. Als het aanbod lager is dan de vraag, is er sprake van een tekort. Dat betekent dat de productvoorraad af zal nemen. COVA en het IEA houden ook de raffinage-activiteit in buurlanden en de rest wereld in de gaten.

Technische details raffinage

De grafiek ´Raffinage-activiteit´ toont de historische raffinage-activiteit van ruwe aardolie op het Nederlands grondgebied steeds tot twee maanden geleden. Bron is de openbare data van het Joint Oil Data Initiative (JODI).

In een raffinaderij vindt gecombineerde productie plaats. Dit betekent dat een raffinaderij altijd een mix van verschillende producten tegelijk moet maken. Een raffinaderij kan bijvoorbeeld niet alleen diesel produceren, zonder tegelijkertijd ook benzine, nafta, scheepsbrandstof of andere producten te maken. Dit komt door de werking van een raffinaderij en de chemische samenstelling van de ruwe aardolie. De raffinaderij splitst namelijk de bestandsdelen die in ruwe olie zitten op aan de hand van het individuele kookpunt. De verdeling tussen hoeveelheid producten die gemaakt kunnen worden staat bekend als de product slate. De product slate wordt bepaald door de technische configuratie van een raffinaderij (mogelijkheden tot aanpassen productie), de kwaliteit van de ruwe olie en de economische optimalisatie van het proces in de raffinaderij. Zie deze informatievideo over raffinage.

De product-slate van de Nederlandse raffinaderijen is hieronder weergegeven. Nederland telt vijf raffinaderijen met een gezamenlijke capaciteit van 1,32 mln vaten/dag (die effectief ca. 60 mln ton/jaar produceren). Het cluster telt hiernaast ook meerdere plantaardige olieraffinaderijen.

Bekijk op apart scherm. Bron: CBS statline.

In deze grafiek ziet u de ontwikkeling van olieconsumptie in Nederland.

In de grafiek is alle consumptie verwerkt door weg- en scheepsverkeer, bouw, landbouw en industrie. Ook vliegtuigen en schepen die brandstof tanken in Nederland zijn meegeteld.

De finale energievraag betekent het brandstofgebruik door industrie, huishoudens, diensten, landbouw en vervoer. Met bunkering bedoelen we het tanken van brandstof door vliegtuigen en schepen met een internationale bestemming.

In de grafiek is te zien dat de totale vraag naar brandstoffen in Nederland over de jaren afneemt. Echter, de afname is niet gelijk verdeeld over de producten. Zo hebben de benzine en kerosinevraag na de ‘coronadip’ weer een stijging doorgemaakt.

Technische details consumptie

De grafiek voor totaal brandstofverbruik geeft voor verschillende olieproducten inzicht in de finale binnenlandse energievraag en de leveringen aan de internationale luchtvaart- en zeevaartbunkers. Deze is weergegeven op maandbasis, om de vraag ten opzichte van het seizoen te vergelijken, en op jaarbasis om een trendanalyse te kunnen maken. De data is weergegeven tot twee maanden geleden op basis van publiek beschikbare data (CBS).

De post-bunkering wordt in de energiebalans gezien als uitvoer. Het betreft levering van brandstof voor de internationale scheepvaart en internationale luchtvaart. Dit zijn schepen of vliegtuigen die vertrekken uit Nederlandse havens en aankomen in/op buitenlandse (lucht)havens.

De finale energievraag betreft verbruik voor industrie, huishoudens, diensten en landbouw en voor vervoermiddelen voor personen en goederen, over rail, weg, water en door de lucht. Hieronder vallen benzine, diesel, kerosine en stookolie. Bijgemengde biobrandstoffen zijn inbegrepen in de afzet van benzine en diesel. Vervoer op eigen bedrijfsterreinen, visserij, landbouwwerktuigen en mobiele werktuigen vallen niet onder vervoer. Onderstaande grafiek geeft een opsplitsing van het diesel- en scheepsdieselgebruik over diverse sectoren in de afgelopen jaren.

Voor veel economische activiteiten in Nederland is diesel een belangrijk product. Het grootste deel van de diesel wordt gebruikt in logistiek, landbouw en industrie, belangrijke sectoren voor de economie en samenleving. Slechts een klein deel van de dieselconsumptie wordt gebruikt voor personenvervoer. Zie hieronder de opsplitsing van diesel- en scheepsdieselgebruik in Nederland:

Bron finaal energieverbruik: CBS Statline

De totale olieconsumptie in Nederland, inclusief internationale luchtvaart- en scheepvaartbunkers, betreft 0,8 mln vaten per dag (ofwel 38,9 mln ton/jaar). Ter vergelijking, de wereld olieconsumptie betrof 102,2 mln vaten per dag in 2023.

Bekijk interactieve kaart op apart scherm. Bron: import en export.

Hoe is Europa’s import-afhankelijkheid in de loop der tijd veranderd? Met deze interactieve kaart ondekt u het zelf.

Energie die we in Nederland wel gebruiken maar niet zelf produceren, moet worden geïmporteerd. Binnenlandse productie van ruwe aardolie is minimaal in Nederland. Hierdoor heeft de EU als geheel en Nederland in het bijzonder een grote importafhankelijkheid van ruwe aardolie.

Voor olieproducten ligt deze afhankelijkheid anders. Mede door de gunstige ligging kent Nederland relatief veel raffinaderijen en opslagterminals voor vloeibare brandstoffen. Hierdoor is Nederland samen met België een internationaal distributiecentrum voor de opslag en handel van bijvoorbeeld benzine, diesel en scheepsbrandstof (stookolie).

Zo gebruikt u de kaart

De kaart toont netto-importstromen die van buiten de EU worden geïmporteerd in het rood. Netto-exportstromen die EU-landen verlaten zijn weergegeven in het blauw. Met de tijdsbalk onderin kunt u een specifieke periode vanaf januari 2021 selecteren. In het zoekveld rechts bovenin kunt u een selectie van landen invoeren, waarover dan de gekozen handel (product) uit het linker selectieveld wordt getoond. Met de afspeelknop ziet u een animatie van veranderende importverhoudingen. In- en uitzoomen is zowel beschikbaar met de muis als via de pijlen rechtsboven.

De kaart staat standaard ingesteld op het tonen van netto-import van diesel voor enkel Nederland. Hiermee laat de kaart zien dat Nederland een uitzonderlijk grote dieselproductie heeft ten opzichte van het eigen gebruik. De aanwezigheid van verschillende raffinaderijen maakt Nederland de grootste EU-exporteur van diesel. Door ‘Nederland’ te verwijderen uit het selectieveld rechtsboven ziet u de netto-importstromen van alle EU landen.

Voor diesel heeft de EU als geheel een netto tekort dat dient te worden aangevuld met importen van buitenaf. De kaart toont dat in 2021 en 2022 veel van de EU-dieselimporten uit Rusland kwamen. Na de invoering van sancties op Russische olie en olieproducten verdween de rechtstreekse oliehandel met Rusland. Dieselimporten uit het Midden-Oosten, de Verenigde Staten en India namen toe.

Met het selectieveld linksboven kunt u ook de netto-importpositie van andere olieproducten en ruwe aardolie verkennen. Nederland en de EU hebben een overschot aan benzineproductie. Landen in Noord en Zuid-Amerika en in Afrika importeren deze producten uit Europa, specifiek vanuit Amsterdam. Dit ziet u door in de lijst ‘Gasoline’ te selecteren.

Technische details European oil trade tracker

Data getoond op de interactieve kaart is afkomstig van Eurostat (geraadpleegd op 4 oktober 2024). De gebruikte data is openbaar beschikbaar op de site van het Europese statistiekbureau (zie import en export). De Eurostat data kan met terugwerkende kracht worden herzien en is daarom altijd leidend.

De getoonde gegevens weerspiegelen de datarapportages van 27 EU-lidstaten. In verschillende landen en voor de meeste energiegrondstoffen is het verstrekken van gegevens door de bedrijven wettelijk verplicht. Voor energiestatistieken zijn definities, concepten en methodologieën op internationaal niveau geharmoniseerd. De methodiek is beschreven in het Handboek Energiestatistieken.

COVA voert een aantal handelingen uit om de data van Eurostat inzichtelijker weer te geven op de interactieve kaart. De belangrijkste hiervan is dat de kaart netto-importrelaties toont. Het netto-importgetal wordt berekend door voor elke handelsrelatie het maandelijkse exportcijfer van het importcijfer af te trekken.

Zoals vaker voorkomt in geaggregeerde data, kunnen inconsistenties optreden tussen de door land A gerapporteerde import uit land B en de export gerapporteerd door land B naar land A. Eurostat en de rapporterende landen voeren validatie- en kwaliteitstests uit om grote inconsistenties uit de rapportage te elimineren. Data-analyse door COVA leert echter dat handelsstatistiek van twee landen elkaar soms tegenspreekt. Om deze reden toont de interactieve kaart handel tussen EU-landen zoals gerapporteerd door het netto-importerende land.

De Eurostat energiedata van partnerlanden naar herkomst en bestemming is gerapporteerd met een vooraf gedefinieerde landenlijst van 162 landen. Indien er geen informatie over herkomst of bestemming van een partnerland is of deze niet mag worden gerapporteerd vanwege vertrouwelijkheid, hebben rapporterende landen deze geclassificeerd als ‘not specified’. Op de kaart is handel met het land ´not specified´ weergegeven in de Oceaan.

Voor vragen over de onderliggende data kunt u contact opnemen met het statistisch bureau en/of de relevante overheidsinstantie van het betrokken land.

Het overgrote deel van de energie in het Nederlandse energiesysteem is bestemd voor doorvoer.

Slechts een kwart van alle energiestromen in Nederland is bestemd voor eigen consumptie, driekwart gaat naar export. Dit komt met name door de grote raffinage- en chemiesectoren, opslag en handel. Nederland is hierin uniek ten opzichte van andere EU-landen. Bovendien heeft Nederland een uitgebreide pijpleidinginfrastructuur die de raffinaderijen verbindt met luchthavens en buurlanden.

Als grootste benzinehaven ter wereld is Amsterdam een toonaangevende speler op de oliemarkt, met veel tankopslagterminals en capaciteit om producten naar de juiste exportspecificaties te mengen (blending).

De totale Nederlandse opslagcapaciteit voor ruwe olie en olieproducten in Nederland betreft ongeveer 39mln m3. De haven van Rotterdam is de grootste haven van Europa, de 10e containerhaven van de wereld en behoort tot de top drie bunkerhavens ter wereld.

De beschreven doorvoer is inzichtelijk gemaakt in het interactieve Sankey diagram van de totale Nederlandse energiebalans. De kleuren representeren de afzonderlijke energiedragers. De dikte van iedere stroom is naar rato van de daadwerkelijke energiehoeveelheid. Een Sankey diagram wordt gelezen van links naar rechts, met linksboven een ‘import’ stroom en rechtsboven een ‘export’ stroom. Ook is er aan de linkerkant een stroom met binnenlandse ‘productie’ van energiedragers (voornamelijk aardgas) en aan de rechterkant een ‘eindverbruik’ stroom. Internationale luchtvaart- en scheepvaartbunkers worden volgens de regels niet gerekend tot Nederlands energiegebruik en zijn daarom een aparte uitstroom op de energiebalans.

Bron product slate: CBS Statline

Nederland heeft een energie-intensieve economie. Olieproducten leveren het grootste deel van het finale energiegebruik van Nederland.

Als ook de leveringen aan de internationale luchtvaart- en zeevaartbunkers worden meegeteld, is het aandeel van olieproducten zelfs groter dan alle andere energiedragers bij elkaar. Het finale energiegebruik in Nederland bestond in 2023 voor 44% uit ruwe olie en olieproducten. Dit is exclusief internationale luchtvaart- en scheepvaartbunkers. Inclusief deze bunkerbrandstoffen zou dit 56% zijn.

Het verschil tussen energetisch en niet-energetisch gebruik van energiedragers is de inzet en toepassing ervan. Energetisch gebruik betreft de omzetting van energiedragers om hun energie-inhoud, naar onder andere beweging, warmte of licht. Voorbeelden zijn voortstuwing van treinen en vliegtuigen, verwarming van huizen en kantoren en het verlichten van straten en kassen. Het niet-energetisch gebruik betreft het gebruik van energiedragers als grondstof voor o.a. de chemie, dit zijn bijvoorbeeld plastics voor cosmetica, luiers, PET-flessen, bouw- en isolatiematerialen, medische hulp- en beschermmiddelen en kleding.

In het Nederlandse energiesysteem worden primaire energiedragers (zoals bijvoorbeeld ruwe aardolie, biomassa, gas, kolen) geconverteerd naar secundaire energiedragers (zoals bijvoorbeeld elektriciteit, olieproducten, warmte etc.) Finaal energiegebruik zijn energiedragers die direct door de eindgebruiker worden geconsumeerd. Primaire energiedragers kunnen direct worden gebruikt (zoals biomassa in een pellet kachel, gas voor verwarming of zonnepanelen voor stroom), maar ook omgezet worden naar andere energiedragers (zoals gas voor de productie van elektriciteit of biomassa voor de productie van hernieuwbare bio-ethanol). Bovenstaand taartdiagram toont het finaal energiegebruik, waarbij het aandeel elektriciteit dus ook voor een deel gemaakt is met hernieuwbare energie. Zie hiervoor ook het Sankey diagram. Ook in de olieproducten zijn hernieuwbare componenten opgenomen (zoals bio-ethanol in de E10 benzine).