Zoeken

Over COVA

Wat doet COVA?

De Stichting Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten (COVA) houdt strategische olievoorraden aan voor Nederland. COVA doet dit, bij wet, in opdracht van de minister van Klimaat en Groene Groei. De strategische olievoorraden kunnen worden ingezet bij nationale of internationale olietekorten, om economische schade te beperken.

COVA is tevens onderdeel van de nationale crisisorganisatie, zoals ook vastgelegd in het Landelijk Crisisplan Olie (LCP-O) en draagt zorg voor de aankoop, verkoop en opslag van ruwe olie en olieproducten. De voorraadplicht wordt ingevuld volgens de voorwaarden van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) en de Europese Unie (EU). Deze zijn voor Nederland vastgelegd in de Wet voorraadvorming aardolieproducten (Wva). Hierin is vastgelegd wat de totale nationale voorraadplicht en welk deel van de olievoorraad het bedrijfsleven aan moet houden. COVA is verplicht het verschil, verreweg het grootste deel, van de nationale voorraadplicht aan te houden. De voorraadplicht wordt tegen zo laag mogelijke kosten en met minimale opslagrisico’s aangehouden zodanig dat indien nodig tijdig naar de markt kan worden uitgeleverd en flexibel op veranderingen in de voorraadplicht kan worden gereageerd.

Ook Kennisbeheer van de oliesector hoort in opdracht van het ministerie van KGG tot het takenpakket. COVA heeft een actieve rol in de olie- en olieopslag markt en beschikt daardoor altijd over actuele marktinformatie en vooruitzichten. Deze worden gebruikt om lange termijnontwikkelingen te overzien en ernaar te handelen. Deze informatie wordt gedeeld met het ministerie van KGG als input voor de beleidsvoorbereiding van de overheid.

Organisatie

COVA is een stichting, zonder winstoogmerk, met een wettelijke taak. De minister van Klimaat en Groene Groei draagt de eindverantwoordelijkheid over COVA en stelt statuten en reglementen vast. Het door de minister benoemde bestuur bestaat uit vier leden. Het bestuur stelt een directeur aan. De directeur is verantwoordelijk voor het dagelijks management van COVA en voor implementatie van het beleid, zoals dat is goedgekeurd door het bestuur. Deze structuur waarborgt een onafhankelijke positie van COVA ten opzichte van de Nederlandse oliemarkt.

COVA werkt met een team van medewerkers op het gebied van Strategie, Operations, Voorraadadministratie, Financiën, Control, IT, Kennisbeheer en Secretariële ondersteuning. Jaarlijks legt het bestuur de begroting en het bestuursverslag met jaarrekening ter goedkeuring voor aan de minister. COVA wordt gefinancierd uit de voorraadheffing, opgelegd aan eindgebruikers van transportbrandstoffen.

Vanuit haar maatschappelijke rol onderschrijft COVA het principe van transparantie naar belanghebbenden. Ook binnen de eigen organisatie hecht COVA aan transparantie en beschikt over een gedragscode.

Tevens is COVA WNT-plichtig en vrijgesteld van vennootschapsbelasting. COVA is door de minister aangewezen als Aanbieder Essentiële Dienst in het kader van de Wet bescherming netwerk- en informatiesystemen (Wbni).

Wet – en regelgeving

De internationale verplichtingen zijn vastgelegd in het IEP-verdrag en EU Richtlijn 2009/119/EG, en voor Nederland in de Wva 2012.

Maatregelen bij een oliecrisis worden in principe in IEA (OESO)- en EU-verband genomen. Het IEA coördineert de aanpak van de crisis. Bij een verstoring van meer dan 7% van de globale olietoevoer treedt automatisch het crisismechanisme van het IEA in werking. Het IEA kent een Initial Contingency Response Plan (ICRP) voor de eerste 30 dagen van een crisis en Coordinated Emergency Response Measures (CERM) voor een langdurige crisis. IEA-landen krijgen het verzoek om een evenredig deel van het tekort op de markt te brengen; vanuit hun eigen voorraden of door de binnenlandse vraag te beperken. De Europese Commissie adviseert de EU-lidstaten over de te nemen aanbodmaatregelen.

Het internationale verzoek komt binnen bij de minister van Klimaat en Groene Groei. In overleg met COVA wordt besloten over de aanwending van (delen) van de wettelijke voorraad. Dit kan ook betekenen voorraad in het buitenland naar Nederland te halen. Daarnaast kan de minister aardolieproducten in eigendom vorderen en distributiemaatregelen treffen. In overleg met de ministers van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en Justitie en Veiligheid (JenV) kan de minister van Klimaat en Groene Groei secundaire maatregelen nemen, zoals een autoloze zondag.

Historie

Naar aanleiding van de wereldwijde oliecrisis in 1973-1974 wordt onder de vleugels van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) het Internationaal Energie Agentschap (IEA) opgericht. Alle aangesloten geïndustrialiseerde landen krijgen de plicht om een noodvoorraad olie aan te houden voor crisissituaties. Nederland neemt de Wet Voorraadvorming Aardolieproducten aan (Wva).

Om te kunnen voldoen aan de voorraadverplichtingen, richt de Nederlandse overheid in 1978 het interim-agentschap ICOVA op: Stichting Interim Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten. Wanneer oliebedrijven niet kunnen voldoen aan hun verplichting, kunnen ze deze overdragen aan ICOVA.

In 1987 wordt de Wva aangepast en gaat de overheid een agentschap aansturen. De zelfstandige Stichting Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten (COVA) vervangt het interim-agentschap ICOVA en gaat in opdracht van de overheid olievoorraden aanhouden.

De IEA-landen hebben tot nu toe vijf keer samen olietekorten aangevuld, om het economisch vertrouwen in de oliemarkt te herstellen. Het meest recent zijn twee collectieve acties in 2022 in reactie op effecten op de oliemarkt als gevolg van de Russische invasie van Oekraïne. Daarnaast waren er inzetten tijdens de Golfoorlog (1991), na orkaan Katrina (2005) en als gevolg van de burgeroorlog in Libië (2011). Na de drone- en raketaanval op de Saudische olie-installaties van Abqaiq (2019) werd een collectieve actie niet noodzakelijk geacht, vanwege het vertrouwen in de beschikbare voorraden van de gezamenlijke IEA-landen.

Internationale entiteiten

Alle IEA-leden of EU-lidstaten vullen hun voorraadplicht anders in. Via agentschappen (zoals België), staatsentiteiten (zoals de Verenigde Staten), het bedrijfsleven (Zweden) of een duaal systeem zoals Nederland. Alle entiteiten werken intensief samen om een oliecrisis collectief het hoofd te bieden. Zij wisselen ervaringen en best practices uit tijdens de Annual Coordinating Meeting of Entity Stockholders (ACOMES). Onder leiding van het ministerie van Klimaat en Groene Groei vinden er door het IEA georganiseerde tweejaarlijks gezamenlijke crisisoefeningen plaats en is er overleg met IEA en EU (Oil Coordination Group).

Deze interactieve kaart toont een overzicht van de in Europa gelegen agentschappen en staatsentiteiten voor het aanhouden van strategische voorraden. Buiten Europa hebben India (ISPRL), Japan (JOGMEC), Korea (KNOC) en de VS (SPR) strategische voorraadentiteiten.

Ga naar de inhoud